Mijn naam is Ageeth Zijlstra, ik ben de pakesizzer fan Hantje Zijlstra, de veehandelaar/slager die door toedoen van Reeskamp, op 16 januari 1945¸ zo kort voor de bevrijding, werd overvallen en door het hoofd geschoten. Dus: in opdracht van Reeskamp, met zíjn pistool. Binnen twee weken overleed mijn pake aan de gevolgen, een gezin van acht kinderen achterlatend, een gezin – zoals later zal blijken – waarin meerdere kinderen werden opgescheept met een oorlogstrauma.
Meneer Van Liempt, u heeft met uw boek ‘De Drogist’ niet op voorhand de intentie gehad om Reeskamp te rehabiliteren, maar het is wel gebeurd. Daar heb ik natuurlijk moeite mee. U heeft nauw samengewerkt met z’n zoon Paul, die u van archiefstukken voorzag en op de boekpresentatie mag kleinzoon Sicco het woord voeren. Discutabele feiten, die de onafhankelijkheid van de schrijver niet tengoede komen.
Het boek is met een bepaalde integriteit geschreven en doet ook zeker recht aan mijn pake, die neergezet wordt als een betrouwbare, hardwerkende man. Een man die een Joodse onderduiker in huis had, de coördinatie had over het onderbrengen van andere joodse onderduikers en de omgeving ruimhartig voorzag van de slagerijproducten.
Om de moord op mijn pake te rechtvaardigen werd hij vaak afgeschilderd als zwarthandelaar. Naderhand is dat heel hardnekkig gebleken, tot op de dag van vandaag, vooral door onzorgvuldige journalisten. Ik zal u besparen wat dat teweegbracht bij mijn heit, bij zijn broers en zusters en nu bij zijn pakesizzers. Dat vind ik in uw boek niet terug, er is geen aandacht voor het familieleed wat door toedoen van Reeskamp werd aangericht.
De foto voorop het boek laat Reeskamp zien als een onverschrokken held met het geweer in aanslag. Die foto wekt bij ons weerzin, dat mag duidelijk zijn. Of vindt u de foto dekkend voor de inhoud van uw boek? Dan zegt dat ook iets over uw standpunt als schrijver.
Kleinzoon Sicco Reeskamp laat zich in het ‘NaarderNieuws’ van 10 oktober jongstleden trots fotograferen met het boek in de hand. De titel boven het artikel is bevreemdend en schrijnend: ‘Opa deed alles voor het vaderland’. De kleinzoon, hoewel hij z’n opa pas voor het eerst ontmoette op z’n sterfbed door de verstoorde familierelatie, hemelt z’n opa geweldig op, maar wordt ook geconfronteerd met een lastige vraag.
“Na de oorlog was het verhaal van uw opa best omstreden…”.
Hij pareert dat echter slim en handig, je zou zeggen als een echte Reeskamp:
“Ondanks de verzetsdaden van mijn opa volgde er na de oorlog een rechtszaak. Hij werd aangeklaagd voor een roofoverval. De zaak werd behandeld door een rechercheur met een fout verleden”
Ieder heeft recht op een opa, een pake om trots op te zijn. Dus in zekere zin gun ik deze Sicco z’n opa ook. En die heeft hij door toedoen van Ad van Liempt gekregen. En zo creëert opnieuw een ieder z’n eigen waarheid. Wij blijven opnieuw achter met lege handen, moeten ons als slachtoffers opnieuw verweren tegen verkeerde beeldvorming.
Hans Willems van de Leeuwarder Courant schrijft in z’n boekrecensie weliswaar:
“Mede door zijn toedoen is begin 1945 de ten onrechte als zwarthandelaar beschouwde Hantje Zijlstra uit Vijfhuis om het leven gekomen”.
Maar hij schrijft ook:
“Het bittere is dat Reeskamp mede veroordeeld wordt door de hardnekkige speurzin van een Friese politieman die zelf na de bevrijding ernstig is berispt omdat hij heeft meegedaan aan de opsporing van een groep ondergedoken Joden. Minstens zo cru is het gegeven er vanuit Friese verzetskringen weinig wordt gedaan om ‘Harry’ de helpende hand te reiken”.
Daarmee neemt Willems het ook op voor de crimineel Reeskamp.
Een internetrecentie eindigt met: “Zonder Van Liempt was hij waarschijnlijk vergeten’”. Ja, in mijn optiek was dat beter geweest, voor alle partijen.
Graag eindig ik met de bekende regels uit het gedicht van Leo Vroman.
Kom vanavond met verhalen
hoe de oorlog is verdwenen
en herhaal ze honderd malen:
alle malen zal ik wenen.
Ageeth Zijlstra
dochter van Watte en Idske Zijlstra
kleindochter van Hantje en Minke Zijlstra
Tjonge, Ageeth,wat heb je destijds toch een prachtige open brief
geschreven aan de schrijver van Liempt. Ik ben er echt van onder de indruk en vind het ook nu nog steeds heel dapper dat je dit emotionele betoog daar in het openbaar hebt durven voorlezen.