Den Haag 9 juli 2014
Betreft: De archiefbescheiden inv.nrs. HMG 76
door Wout Zijlstra en Douwe Zijlstra
Op de veemarkt
Jacob Sybrandy (13-04-1919) beroep paardenhandelaar verklaart dat hij 2000 gulden betaald heeft aan Hantje Zijlstra en dat dit geld van Sibbele van der Ploeg was, veekoopman uit Molkwerum.
- En hij verklaart dat Zijlstra goed stond aangeschreven in de kringen van de veehandelaren.
- Om 13 uur vertrekt Hantje Zijlstra met Nicolaas Galema boer uit Blauwhuis op de fiets naar huis
- In Folsgare komen Auke Andela en Klaas Sybrandy van de Abbegaarsterrige erbij en fietsen via de Abbegearsterrige naar huis.
- Getuige Hein Damstra verklaart dat hij 2 man achter hen aan zag fietsen en herkent deze later als Jan Bosgra en Jantinus Pieters.
- Auke Andela verklaart dat Jan Bosgra met gestrekte hand dus gericht op 2 meter afstand Hantje in zijn hoofd schoot.
- Dokter Hoogwater uit Nijland verklaart dat Hantje buiten bewustzijn naar ziekenhuis Sneek moet.
- Dokter Donkersloot van ziekenhuis Sneek verklaart, dat schotverwonding heeft ingewerkt op ademhalingscentrum en hierdoor longontsteking veroorzaakt is.
- Hantje is buiten bewustzijn en gedeeltelijk verlamd en niet meer aanspreekbaar is geweest.
- In de verklaring van deze dokter staat dat hij Pieters en Bosgra niet gekend heeft.
Wel staat in de verklaring dat hij Reeskamp goed heeft gekend. - Ook staat in de verklaring dat hij Hantje Zijlstra niet heeft gekend.
- Gerke Walinga ( geb 1900) verzekeringsagent Kloosterstraat 60 Sneek verklaart dat hij Hantje aanwijst op de veemarkt en later hiervoor 300 gulden heeft ontvangen.
- Deze Walinga heeft een zoon die Evert heet en dan 11 jaar is.
Strafblad Reeskamp vóór 1940
- 8-8-1919 – Diefstal door middel van verbreking – 1 jaar gevangenis straf.
- 1920 Diefstal in verenigingen – 10 maanden gevangenis straf.
- 1928 Voortgezet misdrijf van oneerlijke mededingen – 3 maanden gevangenis.
- Voortgezet valsheid in geschrifte – 3 maanden gevangenis.
Reeskamp in juni 1940 ondergedoken bij fam Zijlstra in Sneek.
Mr B W Stomps uit Haarlem was de advocaat van Reeskamp.
Strafblad Jan Bosgra ( Broek) bij Joure
- 1937 Diefstal; hiervoor veroordeeld.
- 1939 Dwingt onder bedreiging van een mes een jongen uit Sneek zich te ontkleden en waarbij hij ontuchtige handelingen verricht , veroordeeld voor aanranding; hiervoor 4 maanden gevangenisstraf.
- Vrijwillig gaan werken in Duitsland in een locomotievenfabriek van juni 1941 tot oktober 1942.
Pieters
- F H van Loon Markstraat 15 uit Sneek was advocaat van Pieters.
- Pieters, geboren in den Haag, woonde op de Oosterkade 26 te Sneek en was na de oorlog autospuiter.
H van Iersel was ook verdacht van de moord en zat in het najaar van 1946 in voorarrest maar bleek onschuldig.
Bevelhebber Reserve Kolonel H Ketelaar schrijft het gerechtshof:
“Dat Reeskamp in 1943 bij zekeren J Bouma te Scharnegoutum ten gevolge van koortsen in de hersenen ernstig ziek heeft gelegen, dat verschillende zijner gedragingen hiermee in verband kunnen staan”.
In beide verklaringen van Pieters en Bosgra staat dat Reeskamp had gezegd:
- dat Hantje Zijlstra wel een grote bek had maar niets zou doen als ze hem zouden overvallen.
- Ook verklaren beide dat Reeskamp tegen hen zei dat het geld verdeeld zou worden onder elkaar voor eigen gebruik.
- Pieters verklaart ook dat hij vaker klusjes deed voor Reeskamp en dat hij een gestolen radio verkocht aan Uppie Jaasma voor 400 gulden en dat hij hiervan 100 gulden mocht houden .
In verklaring rechtbank staat dat Hantje Zijlstra politiek een onverdacht landgenoot is.
Minke Zijlstra verklaart:
- dat Reeskamp in 1943 ook een overval heeft gepleegd op hen, maar dat zij toen de beurs had verstopt.
- Ook verklaard Minke dat Hantje een paar weken terug nog 2000 gulden heeft geschonken aan de ondergrondse Boersma, een ccd ambtenaar en aan Blom ( dit was zeer moeilijk te lezen).
- Ook dat ze met joden en onderduikers soms wel met 25 man aan tafel zaten te eten en ieder die niet kon betalen te eten kreeg.
Theodorus Andringa uit Wytgaard veerijder en lid van de ondergrondse verklaart dat hij Hantje goed heeft gekend en in 1942 met Hantje gesproken heeft over de ondergrondse werkzaamheden.
Hij verklaart ; Hantje Zijlstra was een felle tegenstander van de Duitsers en ‘van zijn haren tot zijn tenen’ een goede Nederlander.
Verder een rapport van de opgraving van Hantje op 9 november 1946
- Het deksel van de kist was ingestort en er lag een lange man in de kist met het hoofd los van de romp.
- Het kogelgat was duidelijk zichtbaar en hier is de aanwezige kogel uit de schedel gehaald.
- Er zitten ook 4 foto’s bij van de schedel met kogel.
Rechercheurs Jan Simon Aukema en Wiensen Jelle de Jong verklaren:
- Hantje Zijlstra veehandelaar en slager.
- Hij slachte ook zwart.
- Hij had Joodse kinderen aan tafel.
- Hij onderhield persoonlijk met vleesch een groot aantal onderduikers.
- Hij steunde vrijwillig de kas der illegaliteit.
- Hij had doorlopend van diverse illegale werkers en politie mensen bezoek aan huis.
Opgemaakt woensdag 9 juli 2014
Wout Zijlstra en Douwe Zijlstra